24 Mei

Hoi Allemaal,

Heel kort berichtje uit Alaska; Wouter en Jeroen zijn op 17.000 ft aangekomen in het kamp. Vandaag een rustdag genomen omdat ze erg moe waren.

Verder komen de berichtjes die vanuit Nederland naar de sateliet telefoon gestuurd worden niet door wat wel super vervelend is natuurlijk. Maar hopelijk krijgen ze meer bereik als ze hoger komen..

Bericht 22 mei

In de avond belt Marieke dat ze Wouter aan de telefoon heeft gehad. Vandaag hebben ze een dag gerust. Het weer is te slecht om door te stoten naar camp 4. Ook voor morgen zijn de weersverwachtingen niet goed. Jeroen en Wouter gaan morgen een tocht in de omgeving van camp 3 maken om aan de hoogte te wennen en te trainen voor een top poging. Het idee op het moment is dat ze eventueel maandag eerst een keer via de normale route omhoog te klimmen en dan later via DE route… Over de planning zal binnenkort weer bericht komen!

Onderstaand foto vanuit kamp 3 (overigens niet gemaakt door Wouter en Jeroen)

Bericht op 21 Mei

Aangekomen in kamp 3 op 14.000ft! Hier zullen we zoals iedereen die in dit kamp zit acclimatiseren en bij eten maar vooral wachten op goed weer om vanuit hier een top poging te doen. “We hebben het zwaar maar geweldig! Morgen poging doen om naar kamp 4 te gaan om een depot te doen.”

belletje vanuit basiskamp

“Vandaag zijn we weer eens stukje hoger geweest, al vast spullen op de berg achtergelaten en nu weer terug op 11000ft. Morgen naar 14000 feet. Alles bevalt, werkt en is goed; kleding materialen en ook het eten.

Het is wel super zwaar en het sneeuwt een beetje op het moment. Verder staan er ongeveer 30 tentjes in het basiskamp.
Wel problemen met de satelliet telefoon maar wat precies is nog onduidelijk maar hij valt steeds uit.

Gesprek met Marieke duurde ongeveer 3 minuten waarbij de telefoon steeds uitviel… Maar over paar dagen, als ze iets hoger zitten, proberen ze het opnieuw…

Alaska – Anchorage!

Een laatste berichtje vanuit Anchorage. Na een ‘lange’ vliegreis (25 uur onderweg) een kort nachtje op het vliegveld doorgebracht. Vervolgens hebben we een auto gehuurd en de inkopen gedaan; 5 uur later, een paar honder dollar armer en ruim 20 kg rijker waren we alletwee kapot. We hebben nog even door downtown Anchorage gelopen, pizza weggehapt en langs de kust gelopen. Het begint tot ons door te dringen; we zijn in Alaska en onze droom gaat werkelijkheid worden!!

Zo meteen vertrekken we met een busje naar Talkeetna. Daar hebben we eerst een meeting met de Park Rangers en vervolgens gaan we ons melden bij de vliegtuigmaatschappij. Morgenochtend hopen we een van de eerste te zijn die richting basiskamp vliegen. Hopelijk gaat het lukken om vanaf daar berichtjes op de site te zetten.

Wij zijn ervandoor!

Wikken en wegen..

.. wat nemen we mee en wat laten we thuis? Gisteravond hebben Jeroen en ik in Amsterdam de laatste spullen ingepakt en op de weegschaal gezet. Het ziet ernaar uit dat we het net gaan redden, als de luchtvaart-maatschappij maar niet gaat klagen over de omvang van de tassen, want die is redelijk groot..

Daarnaast gisteren via de post de logo’s voor op onze donsjassen binnengekregen, en het ziet er mooi uit. Tragpi, nogmaals bedankt!

Dit zal een van de laatste berichten worden voordat we vrijdag het vliegtuig instappen (voor de liefhebber: Amsterdam (NL) -Houston USA), 14 mei om 10:10 – vluchtnummer CO0059). Vanaf het moment dat we in Alaska zijn zal Joris deze website van nieuwe berichten voorzien en up-to-date houden,

Voor een beschrijving van onze route en omgeving, klik hier (PDF).

Aiguille Verte – Nant Blanc

Aiguille-VerteInmiddels ben ik nu een week terug van mijn laatste trainingsweekend in de Alpen voordat ik met Wouter naar Alaska vertrek voor onze poging om de Denali te beklimmen via de Cassin graat.

Enkele weken geleden was de jaarlijkse contactdag van de CEAT in Zoetermeer. Daar sprak ik o.a. met Sam van Brempt, een enthousiast alpinist uit Belgie en deelnemer van het mooie MountCoach project. Ik wist dat hij samen met Joris van Reeth hetzelfde doel als wij voor ogen heeft in Alaska. We spraken af dat als de kans zich zou voordoen, we wel eens samen konden gaan klimmen. Die kans liet niet lang op zich wachten, en zo vertrokken Sam en ik een dikke week geleden naar Chamonix. Wordt dit de eerste internationale klimsamenwerking van de CEAT?

Woensdagavond reed ik naar Antwerpen om Sam op te halen en de volgende ochtend liepen we door Chamonix voor wat laatste inkopen en het weerbericht. Dat zag er goed uit! We werden er op geattendeerd dat de Nant Blanc wand op de Aiguille Verte er mogelijk goed bij lag. Twee paar ogen begonnen te fonkelen.

Om twee uur ‘s nachts probeerden we wat te eten en te drinken alvorens we de afdaling richting de wand zouden maken. Overnachten kon prima in het kabelbaanstation van de Grand Montets, slaapzakken, matjes, brander en overige “overbodigheden” konden ‘s ochtends met het eerste liftje mee naar beneden. Dat konden we later wel weer ophalen. We klommen zeer licht, ieder 2 liter water, 8 snacks, 1 bivakzak en 1 hoofdlampje in de rugzak, 1 paar ski’s voor de afdaling aan de buitenkant. Het mag duidelijk zijn dat we de wand in 1 dag wilden beklimmen. Onze route zou de British Route (Cohen/Collister, 1000m V 5 ED1) worden.

Al snel werd duidelijk dat de sneeuwomstandigheden net zo beroerd waren als dat ze de hele winter al waren geweest. De sneeuw had geen draagkracht en viel vaak onder je voeten uit elkaar. Hierdoor weken we vaak uit naar het ijs, dat keihard waterijs bleek te zijn. Het begin van de British Route lag nagenoeg droog, dus daar kozen we voor de klassieke Charlet/Platonov waarna we schuin rechts naar boven aanhielden. We klommen gelijktijdig, dus het schoot lekker op. Ook het dunne ijs op de stijle platen bovenaan de pijler van de British Route gingen nog simultaan.

Vanaf hier hebben we de route uitgezekerd waardoor het tempo omlaag ging. De sneeuw bleek steeds vaker een spelbreker en het harde ijs zorgde voor schreeuwende kuiten. Stijl ijs werd gevolgd door mooi mixed klimmen. Hier vond ik het eerste horizontale stukje in deze stijle wand, en ik maakte hier dankbaar gebruik van door Sam zittend na te zekeren.

Verte 01Eenmaal aan het begin gekomen van de “echte” moeilijkheden, een aantal zeer stijle mixed lengtes in de topwand, kregen we in de gaten dat een beklimming hiervan in 1 dag waarschijnlijk niet zou gaan lukken. Het vooruitzicht om in die lengtes door het donker te worden overvallen, deed ons besluiten om verder naar links te traverseren en daar via iets gemakkelijker (4+) terrein naar de topgraat te klimmen. Daar konden we dan eenvoudiger een bivak inrichten.

Op dat moment was de lucht helemaal betrokken, ons wereldje bestond nog slechts uit een cirkel van 20 meter om ons heen. Helaas bleek het allemaal nog niet zo eenvoudig als gehoopt, de continue inzakkende sneeuw dwong ons zeer voorzichtig te klimmen. Uiteindelijk vond Sam een paar lengtes onder de topgraat een plekje dat misschien wel een bivakplekje zou kunnen worden. Na driftig gehak in het harde ijs hadden we een plateautje dat net groot genoeg was om naast elkaar te kunnen zitten. Met ski’s bouwden we een constructie die we opvulden met sneeuw, een bankje met een geweldig uitzicht was het resultaat. Een korte inventarisatie van het resterende eten leverde voor elk van ons nog 2 powergelletjes op en een slokje ijswater. De gelletjes werden bewaard voor de volgende dag. Bij temperaturen van -15 graden bleek het een koude nacht in onze bivakzak.

Verte 02Het voordeel van het gebrek aan eten is dat je ‘s ochtends snel kunt gaan klimmen, je hoeft geen tijd te besteden aan het ontbijt. Vanaf de bank kon ik Sam zekeren, een luxe positie in een wand die een gebrek heeft aan horizontale plaatsen.

Verte 03Aan het begin van de middag bereikten we eindelijk de topgraat, we klommen de zon tegemoet. Het ging naar links over de graat naar de top van de Aiguille Verte, de beloning was groot. Het uitzicht van deze fantastische top is overweldigend. De Grandes Jorasses, de Grand Charmoz en de Mont Blanc, ze lijken allemaal binnen handbereik.

Verte 04De afdaling ging via het Whymper Couloir. Ik heb geprobeerd het aantal abseils te tellen, maar na 10 raakte ik de tel kwijt. Ik schat het aantal op 17. Daarna de ski’s onder de D-schoenen (en weer op de schouder en weer onder de schoenen…) voor de afdaling naar Montenvers. De klim naar Montenvers bleek officieel gesloten te zijn, er lag een heel dik pak sneeuw op het pad. Natuurlijk hield dat ons niet tegen, maar wederom ging het tempo omlaag. Rond middernacht bereikten we, volledig uitgeput, het station en we vielen op een bankje in slaap.

 

Bekijk voor een impressie het filmpje.

Aiguille Verte – Nant Blanc

Inmiddels ben ik nu een week terug van mijn laatste trainingsweekend in de Alpen voordat ik met Wouter naar Alaska vertrek voor onze poging om de Denali te beklimmen via de Cassin graat.

Enkele weken geleden was de jaarlijkse contactdag van de CEAT in Zoetermeer. Daar sprak ik o.a. met Sam van Brempt, een enthousiast alpinist uit Belgie en deelnemer van het mooie MountCoach project. Ik wist dat hij samen met Joris van Reeth hetzelfde doel als wij voor ogen heeft in Alaska. We spraken af dat als de kans zich zou voordoen, we wel eens samen konden gaan klimmen. Die kans liet niet lang op zich wachten, en zo vertrokken Sam en ik een dikke week geleden naar Chamonix. Wordt dit de eerste internationale klimsamenwerking van de CEAT?

Woensdagavond reed ik naar Antwerpen om Sam op te halen en de volgende ochtend liepen we door Chamonix voor wat laatste inkopen en het weerbericht. Dat zag er goed uit! We werden er op geattendeerd dat de Nant Blanc wand op de Aiguille Verte er mogelijk goed bij lag. Twee paar ogen begonnen te fonkelen.

Nant Blanc - Aiguille Verte

Om twee uur ’s nachts probeerden we wat te eten en te drinken alvorens we de afdaling richting de wand zouden maken. Overnachten kon prima in het kabelbaanstation van de Grand Montets, slaapzakken, matjes, brander en overige “overbodigheden” konden ’s ochtends met het eerste liftje mee naar beneden. Dat konden we later wel weer ophalen. We klommen zeer licht, ieder 2 liter water, 8 snacks, 1 bivakzak en 1 hoofdlampje in de rugzak, 1 paar ski’s voor de afdaling aan de buitenkant. Het mag duidelijk zijn dat we de wand in 1 dag wilden beklimmen. Onze route zou de British Route (Cohen/Collister, 1000m V 5 ED1) worden.

Al snel werd duidelijk dat de sneeuwomstandigheden net zo beroerd waren als dat ze de hele winter al waren geweest. De sneeuw had geen draagkracht en viel vaak onder je voeten uit elkaar. Hierdoor weken we vaak uit naar het ijs, dat keihard waterijs bleek te zijn. Het begin van de British Route lag nagenoeg droog, dus daar kozen we voor de klassieke Charlet/Platonov waarna we schuin rechts naar boven aanhielden. We klommen gelijktijdig, dus het schoot lekker op. Ook het dunne ijs op de stijle platen bovenaan de pijler van de British Route gingen nog simultaan.

Vanaf hier hebben we de route uitgezekerd waardoor het tempo omlaag ging. De sneeuw bleek steeds vaker een spelbreker en het harde ijs zorgde voor schreeuwende kuiten. Stijl ijs werd gevolgd door mooi mixed klimmen. Hier vond ik het eerste horizontale stukje in deze stijle wand, en ik maakte hier dankbaar gebruik van door Sam zittend na te zekeren.

De topwand in zicht

Eenmaal aan het begin gekomen van de “echte” moeilijkheden, een aantal zeer stijle mixed lengtes in de topwand, kregen we in de gaten dat een beklimming hiervan in 1 dag waarschijnlijk niet zou gaan lukken. Het vooruitzicht om in die lengtes door het donker te worden overvallen, deed ons besluiten om verder naar links te traverseren en daar via iets gemakkelijker (4+) terrein naar de topgraat te klimmen. Daar konden we dan eenvoudiger een bivak inrichten.

Op dat moment was de lucht helemaal betrokken, ons wereldje bestond nog slechts uit een cirkel van 20 meter om ons heen. Helaas bleek het allemaal nog niet zo eenvoudig als gehoopt, de continue inzakkende sneeuw dwong ons zeer voorzichtig te klimmen. Uiteindelijk vond Sam een paar lengtes onder de topgraat een plekje dat misschien wel een bivakplekje zou kunnen worden. Na driftig gehak in het harde ijs hadden we een plateautje dat net groot genoeg was om naast elkaar te kunnen zitten. Met ski’s bouwden we een constructie die we opvulden met sneeuw, een bankje met een geweldig uitzicht was het resultaat. Een korte inventarisatie van het resterende eten leverde voor elk van ons nog 2 powergelletjes op en een slokje ijswater. De gelletjes werden bewaard voor de volgende dag. Bij temperaturen van -15 graden bleek het een koude nacht in onze bivakzak.

Bivak

Het voordeel van het gebrek aan eten is dat je ’s ochtends snel kunt gaan klimmen, je hoeft geen tijd te besteden aan het ontbijt. Vanaf de bank kon ik Sam zekeren, een luxe positie in een wand die een gebrek heeft aan horizontale plaatsen.

Laatste lengten

Aan het begin van de middag bereikten we eindelijk de topgraat, we klommen de zon tegemoet. Het ging naar links over de graat naar de top van de Aiguille Verte, de beloning was groot. Het uitzicht van deze fantastische top is overweldigend. De Grandes Jorasses, de Grand Charmoz en de Mont Blanc, ze lijken allemaal binnen handbereik.

Twee blije alpinisten

De afdaling ging via het Whymper Couloir. Ik heb geprobeerd het aantal abseils te tellen, maar na 10 raakte ik de tel kwijt. Ik schat het aantal op 17. Daarna de ski’s onder de D-schoenen (en weer op de schouder en weer onder de schoenen…) voor de afdaling naar Montenvers. De klim naar Montenvers bleek officieel gesloten te zijn, er lag een heel dik pak sneeuw op het pad. Natuurlijk hield dat ons niet tegen, maar wederom ging het tempo omlaag. Rond middernacht bereikten we, volledig uitgeput, het station en we vielen op een bankje in slaap.

Bekijk voor een impressie het volgende filmpje

[pro-player width=”425″ height=”260″]http://www.youtube.com/watch?v=hYm2-YOxI6U[/pro-player]